Jump to content

Hoe kan je een luidspreker objectief beoordelen?


BigAl
 Share

Recommended Posts

Beste Martin-Jan,

 

Zijn stroompulsjes wel echt sinusvormig?

Of beelden wij ze zo af, omdat onze massatrage stroomschrijvertjes (schrijvende voltmeters, met papierrol en draaispoel-schrijfpen) ons dat zo hebben geleerd, en onze scoops zo zijn ingesteld dat zij die schrijvende voltmeters imiteren?

Sinusvorm veronderstelt dat de stroompulsen z

Link to comment
Share on other sites

Beste Martin-Jan,

 

 

Als de heer Newton wist dat men zijn wet zonder enige aanpassing en onverkort zou willen toepassen op een reactief massaveersysteem met tal van inwendige fysieke en elektrische weerstanden, capaciteiten en inducties, alsmede dempingen en thermische omzetingen, zou hij je ongetwijfeld zelf van repliek hebben gediend. Helaas is hij verhinderd...

 

 

Als Newton dit hoort..........

Enfin, ik zie nog steeds niet in waarom de 2 verschillende conussen (traagheid) hun eigen loopje nemen als ze hetzelfde signaal aangeboden krijgen ongeacht dit nu een pulsje of een sinus is..

Link to comment
Share on other sites

Beste Spido,

het leven bestaat nu eenmaal uit sinussen. Zelf een blokgolf is niet meer dan een verzameling sinussen. Als jij een blokgolf aanbiedt aan je PP dan verdeelt het wisselfilter de hoge frequenties (snelle sinussen) naar de tweeter en de lage naar de woofer. In het ideale geval komt er op de luisterplek weer een blokgolf uit.

De sinusvorm is geen verzonnen iets, maar is in wezen de bewegende schaduw op een verticale lijn van een ronddraaiend rad van een wiel. Het blijkt dat alles dat trilt dezelfde vorm kent. Zelfs complexe vormen zoals een zaagtand of blok zijn allemaal rekenkundig (via Fourrier-integratie) terug te voeren tot een verzameling sinussen. In de praktijk klopt dit ook. Een blok bevat erg veel hoge frequentie energie om die grote stijlheid bij de flanken te kunnen maken, d.w.z. veel sinussen met hoge frequentie en hoge amplitude. Je kunt er dus makkelijk je tweeters mee opblazen.

Dat bij dezelfde frequentie de woofer een lagere stijgtijd heeft dan de tweeter is logisch vanuit gewicht van de conus geredeneerd. Vanwege het grotere oppervlak van de woofer zullen de niveaus wel gelijk kunnen zijn.

Er is dus geen probleem.

Misschien ben je in de war met de massatraagheid. Deze zorgt in het massa-veersysteem van bijvoorbeeld een woofer voor een faseverschil naar mate de frequentie stijgt . De lagere stijgtijd vanwege de massa zorgt wel voor een aflopend hoog. Wil je een hogere stijgtijd, dan moet je meer stroom door de spreekspoel sturen. Echter, de conus is niet oneindig stijf en vaak wordt de energie toch in de cunus zelf gestopt via partieeltrillingen (de conus trilt niet als een geheel).

Link to comment
Share on other sites

Beste Threshold,

 

Het leven bestaat voor mij niet uit sinussen.

De sinus is een wiskundige beschrijvingsvorm voor cyclische processen in een lineaire vorm: een klok, uitgezet op een rechte lijn.

Daarmee kun je heel goed processen beschrijven zoals de beweging van een luidsprekerconus: vanuit de neutrale nulstand (0

Link to comment
Share on other sites

Of er bij elektriciteit sprake is van traagheid, staat nog te bezien. Want, voor zover wij weten, heeft elektriciteit geen massa en dus ook geen beweging.

...

Maar ik betwijfel of de sinusvorm het volstrekt massaloos en bewegingsloos veranderen van elektrische lading op een realistische manier beschrijft.

...

Maar de werkelijkheid van elektriciteit is niet waarneembaar (alleen de effecten ervan zijn dat!), en dus gebruikte men de middelen waarmee de fysische werkelijkheid met succes werden beschreven.

 

Het lijkt, alsof jouw referentie de electrische spanning is. Vergeet niet, dat de referentie voor anderen het muziekinstrument is! Dat ding trilt in wezen net zoals een luidspreker, in allerlei sinusvormen. De geluidsdruk die wordt opgebouwd is afhankelijk van de versnelling (en niet de snelheid) van het trillende lichaam. Die versnelling komt van de aangeboden kracht via F=m*a . He, daar heb je Newton weer.

 

En zo is de circel weer rond! En een "ronde circel" die draait projecteert weer een sinusvormige lijn. O.K. ik wordt een beetje flauw... :blink:

Link to comment
Share on other sites

Ha Spido,

 

Weer even serieus,

Ik begrijp dat er heel wat bij komt kijken om het gedrag van een speaker in detail te kunnen beschrijven. Er zijn immers zoals je zelf aangeeft nogal wat variabelen.

 

Mijn vraag waarom een verschillende accelaratiefactor tot een tijdsverschuiving blijftt echter nog steeds onbeantwoord.

Ik ben een hybride esl aan het maken met voor het laag een zeer snelle 13 cm titanium/hardschuim woofer.

Als dat toch nog een vertraging geeft wil ik dat natuurlijk wel graag weten. En hoeveel is die vertraging dan?

De unit heeft pas bij 5 kHz een resonantiepiek en valt pas na 10 kHz af. bewegende massa bedraagt slechts 6 gram. Volgens mij is ie dan ruimschoots snel genoeg voor het gebied tot 350 Hz......

 

groet, mj

Link to comment
Share on other sites

Beste Martin-Jan,

 

Ik kan je slechts hetzelfde antwoord geven als ik KT88 gaf.

Met behulp van de regelbare fase-instelling kun je de vertraging van de laagsectie zodanig instellen, dat samen met de electrostaat op en rond de wisselfrequentie de grootste akoestische output wordt geleverd. Want dit betekent, dat de electrostaat en de woofer dan in dat frequentiegebied in fase werken. Je kunt dit vaststellen met een eenvoudige sinusgenerator en een decibelmeter (geluidsdrukmeter).

Meer mag je niet verwachten.

 

Berekeningen vooraf, met blocnote of computer, leiden vermoedelijk tot weinig bruikbare resultaten, omdat niet alleen de acceleratie van de woofer van belang is, maar ook die van de electrostaat.

 

 

Beste JeroenKV,

 

Akoestische kortsluiting kan voorkomen bij een conusluidspreker. Een conusluidspreker is een luidspreker met een bewegende conus (een heen en weer bewegend, vaak papieren, kegelvormig membraan van de luidspreker), die meestal wordt aangedreven door een spreekspoel.

Voor een goede werking hoort een conusluidspreker in een (geluids)kast gemonteerd te worden.

De belangrijkste reden hiervoor is dat de (geluids)kast er voor zorgt dat de luidspreker geen "Akoestische kortsluiting" maakt.

Akoestische kortsluiting ontstaat wanneer de lucht aan de voor- en achterkant van de conus direct met elkaar in verbinding staat. Wanneer de luidsprekerconus heen en weer beweegt zal de lucht aan de voor- en achterkant van de conus elkaar be

Link to comment
Share on other sites

Met metingen kan ik aantonen dat elke dipool electrostaat (of welke andere dipool dan ook) een fantastische laag-output heeft! Dan meet ik gewoon near-field, dus vlak bij het membraan, en vooral niet een paar meter verder er vandaan, waar de moeizaam opgebouwde druk door akoestische kortsluiting in mekaar sodemietert...

 

 

Ach, met 4 m^2 vliesoppervlak valt dat nog wel mee........ B)

Link to comment
Share on other sites

Ha Spido,

 

Ok, das duidelijk, the proof of the pudding is in the eating zeg maar. Scheelt in ieder geval een hoop hoofdbrekens.

 

Over dipoollaag kan ik kort zijn. Mijn audiostatics met laagcorrectie hebben beneden de 50 Hz weinig meer te vertellen. Het laag wat er is, is wel heel schoon en onvervormd. Het is een kwestie van smaak.

Met mijn hybrides probeer ik tot 30 Hz te gaan. Een hydride kan ook luider al moet ik zeggen dat de audiostatics voor mij ruim voldoende luid gaan.

 

Groer, MJ

Link to comment
Share on other sites

Ha Spido,

 

Weer even serieus,

Ik begrijp dat er heel wat bij komt kijken om het gedrag van een speaker in detail te kunnen beschrijven. Er zijn immers zoals je zelf aangeeft nogal wat variabelen.

 

Mijn vraag waarom een verschillende accelaratiefactor tot een tijdsverschuiving blijftt echter nog steeds onbeantwoord.

Ik ben een hybride esl aan het maken met voor het laag een zeer snelle 13 cm titanium/hardschuim woofer.

Als dat toch nog een vertraging geeft wil ik dat natuurlijk wel graag weten. En hoeveel is die vertraging dan?

De unit heeft pas bij 5 kHz een resonantiepiek en valt pas na 10 kHz af. bewegende massa bedraagt slechts 6 gram. Volgens mij is ie dan ruimschoots snel genoeg voor het gebied tot 350 Hz......

 

groet, mj

 

Diezelfde variabelen zitten ook in een wasmachine. Daar kunnen we ook heel lyrisch over doen, maar liever toch maar nuchter :D

 

Een verschillende acceleratiefactor leidt helemaal niet per definitie tot een faseverschuiving, alleen maar een rendementsverschil. Er bestaat niet iets als een " start-vertraging".

De faseverschuiving is bij lage frequenties, buiten de resonantiefrequentie, klein. Bij de massa-veer resonantie (de fs) heb je een grote tegen-emk hetgeen electrisch wel ingewikkeld kan worden, net zoals de daardoor ontstane hoge weerstand (en dus grote efficientie). Maar daarboven gedraagt de speaker zich a.h.w. 1 op 1 totdat de inductie van de spreekspoel groter wordt.

Ik zou zeggen dat jouw 13cm driver snel genoeg is tot makkelijk zo'n 3 kHz. Daarboven krijg je last van de resonantie en gaat hij zowiezo bundelen.

Link to comment
Share on other sites

Beste Martin-Jan,

 

Ik kan je slechts hetzelfde antwoord geven als ik KT88 gaf.

Met behulp van de regelbare fase-instelling kun je de vertraging van de laagsectie zodanig instellen, dat samen met de electrostaat op en rond de wisselfrequentie de grootste akoestische output wordt geleverd. Want dit betekent, dat de electrostaat en de woofer dan in dat frequentiegebied in fase werken. Je kunt dit vaststellen met een eenvoudige sinusgenerator en een decibelmeter (geluidsdrukmeter).

Meer mag je niet verwachten.

 

Berekeningen vooraf, met blocnote of computer, leiden vermoedelijk tot weinig bruikbare resultaten, omdat niet alleen de acceleratie van de woofer van belang is, maar ook die van de electrostaat.

 

 

Beste JeroenKV,

 

Akoestische kortsluiting kan voorkomen bij een conusluidspreker. Een conusluidspreker is een luidspreker met een bewegende conus (een heen en weer bewegend, vaak papieren, kegelvormig membraan van de luidspreker), die meestal wordt aangedreven door een spreekspoel.

Voor een goede werking hoort een conusluidspreker in een (geluids)kast gemonteerd te worden.

De belangrijkste reden hiervoor is dat de (geluids)kast er voor zorgt dat de luidspreker geen "Akoestische kortsluiting" maakt.

Akoestische kortsluiting ontstaat wanneer de lucht aan de voor- en achterkant van de conus direct met elkaar in verbinding staat. Wanneer de luidsprekerconus heen en weer beweegt zal de lucht aan de voor- en achterkant van de conus elkaar be

Link to comment
Share on other sites

Guest tubejack

Muziekvrienden!

 

Ik heb de moeite genomen om het hele draadtje van pagina 1 nog een keer

door te lezen en heb af en toe zelfs hard gelachen :lol:

 

M.i. hebben jullie allemaal wel de nodige kennis van weergevers,

wellicht zijn er zijn m

Link to comment
Share on other sites

(...) Diezelfde variabelen zitten ook in een wasmachine. (...)

Een verschillende acceleratiefactor leidt helemaal niet per definitie tot een faseverschuiving, alleen maar een rendementsverschil. Er bestaat niet iets als een " start-vertraging".(...)

 

Beste Threshold,

 

Heb jij een drieweg-wasmachine? Of een vierweg?

Of satellietwasmachientjes met een subsopper?

 

Zoals al eerder uitgelegd: het gaat hierbij niet om elektrische fase, maar om akoestische fase.

Voor het volvoeren van zijn amplitude voorwaarts, heeft de woofer meer tijd nodig dan de middentoner.

Hij bereikt dus iets later zijn voorste positie, en produceert dus ook ietsje later een drukmaximum.

(De elektrische fase zorgt ervoor dat elke halve periode een nieuwe start betekent. Maar bij elke start - voorwaarts

Link to comment
Share on other sites

Guest Rev. Fatman
Muziekvrienden!

 

meer dan 3 speakers in een kast lijkt me lastig.....

 

 

 

Ik vind het niet erg als jullie ze tot de grond toe afbranden, dan leer je tenminste wat!

 

 

Groet,

 

Jack

 

Drie (3) is te veel ;)

 

Goed Nederlands spreekwoord, toch? :)

 

 

Muziekvrienden!

 

meer dan 3 speakers in een kast lijkt me lastig.....

 

 

 

Ik vind het niet erg als jullie ze tot de grond toe afbranden, dan leer je tenminste wat!

 

 

Groet,

 

Jack

 

Drie (3) is te veel ;)

 

Goed Nederlands spreekwoord, toch? :)

Link to comment
Share on other sites

Guest tubejack
meer dan 3 speakers in een kast lijkt me lastig.....

 

Drie (3) is te veel ;)

Goed Nederlands spreekwoord, toch? :)

 

Waarom? 3 lijkt me juist precies goed :)

Beetje jammer, om niets van de "experts" te horen... :P

 

Jack

Link to comment
Share on other sites

Beste JeroenKV,

 

Ja, inderdaad interessant! Toen deed Philips z'n best nog...

En het zo ook interessant zijn te weten of de heer Van der Veen er inmiddels achter is gekomen dat een paar van zijn vele beweringen niet kloppen.

 

(Bijvoorbeeld: faseverschuivingen spelen zich af binnen

Link to comment
Share on other sites

(...) Op dezelfde manier heb ik ook een dipole Sub Woofer gemaakt met een 32” Clarion SRW-8000 woofer. (...)

 

Beste Sacd-esl,

 

Leuke recensie:

http://www.carreview.com/mfr/clarion/subwo...00_1808crx.aspx

:lol::lol:

 

Voor een 80 cm woofer is geen monolithische speksteenplank te realiseren. Zo breed wordt de steen niet gezaagd.

Jammer, want van het uitgezaagde speakergatspeksteenmateriaal had je een mooie speakergatspekstenen salontafel kunnen maken...

 

P.S. 't Waait soms wel flink bij jou in de kamer, nietwaar? Vaak verkouden? :unsure:

Link to comment
Share on other sites

Create an account or sign in to comment

You need to be a member in order to leave a comment

Create an account

Sign up for a new account in our community. It's easy!

Register a new account

Sign in

Already have an account? Sign in here.

Sign In Now
 Share

×
×
  • Create New...